Persoonlijke beschermingsmiddelen - Kniebescherming voor knielend werken
Deze norm specificeert eisen voor verschillende soorten kniebeschermers voor het werken in knielende positie. De beschermingsmiddelen moeten verwondingen en risico’s die zich onmiddellijk of na verloop van tijd kunnen voordoen, helpen verminderen en voorkomen.
Er zijn vier soorten kniebescherming;
Type | Ontwerp |
---|---|
1 | Kniebescherming die geen deel uitmaakt van een kledingstuk. Vastgemaakt aan de knie met behulp van banden rond het been. |
2 | Kniebescherming die is gemaakt van schuim of een andere vulling. Geplaatst in zakken op de broekspijpen, of permanent aan de broek bevestigd. |
3 | Kniebescherming die niet aan het lichaam wordt bevestigd, maar in positie wordt gebracht wanneer de gebruiker beweegt. |
4 | Kniebescherming die is verwerkt in het ontwerp van een item, zoals een steunframe om op te staan of een knielende kruk. Kan op het lichaam worden gedragen of op zichzelf staan. |
Kniebescherming is als volgt geclassificeerd:
Beschermings-klasse | Geschikt voor: |
---|---|
0 | Deze kniebeschermers hebben geen geverifieerde anti-perforatiebescherming en dienen daarom vooral gebruikt te worden bij het werken op vlakke ondergronden. |
1 | Kniebeschermers geclassificeerd als Klasse 1 bieden perforatiebescherming tegen bijvoorbeeld kleine steentjes en zijn geschikt voor gebruik op vlakke en oneffen oppervlakken. Geteste perforatiekracht van 100± 5 N |
2 | Kniebeschermers geclassificeerd als Klasse 2 bieden een betere bescherming tegen perforatie bij het knielen op zeer oneffen en scherpe oppervlakken. Geteste perforatiekracht van 250± 10 N |
Naast de beschermingsklassen die penetratieweerstand aangeven, stelt de norm ook eisen aan de grootte van de kniebescherming, de ergonomische prestaties, krachtverdeling en hoe goed het materiaal schokken absorbeert bij het knielen.
Kniebeschermers klasse 1 en 2 worden aangeduid met dit pictogram;